Gewone tekstinvoer
Druk herhaaldelijk op een cijfertoets, 2-9, totdat het gewenste teken wordt
weergegeven. Welke tekens beschikbaar zijn, hangt af van de geselecteerde schrijftaal.
Als het volgende teken zich op dezelfde toets bevindt als de huidige, wacht u tot de
cursor weer verschijnt en voert u het teken in.
Als u leestekens of speciale tekens wilt invoegen, drukt u herhaaldelijk op 1. Als u de
lijst met speciale tekens wilt openen, drukt u op *. Druk op 0 om een spatie in te voegen.